afbeelding uit de strip Krazy Kat
Beginpagina
Nieuw op de site
Blog

Publicaties
Vertalingen online
Recensies

Shakespeare
John Donne
Edmund Spenser
Philip Roth
Cynthia Ozick
Henry James

Downloads
Links
Live ondertiteling
Contact
Zoeken


Statistieken/Privacy

Kanon van een bloemlezing

bespreking in twee delen



Precies op tijd voor de feestdagen is een mooie nieuwe poëziebloemlezing verschenen. Boekhandel Selexyz plakt een goudkleurige stikker met de tekst "gouden tip" op het omslag. Niet onterecht. 500 gedichten die iedereen gelezen moet hebben, verzameld door Ilja Leonard Pfeijffer en Gert Jan de Vries, is een mooie cadeautip. Het belooft een schat aan de meest uiteenlopende poëzie, en wat ik misschien nog wel interessanter vind: ook een hoop nieuwe vertalingen.

Erg systematisch is de bloemlezing niet opgezet. 'De canon van de Europese poëzie' luidt de ondertitel, maar dat is dan meer een Europa van de geest dan van de landkaart: ook poëzie uit Amerika is ruim vertegenwoordigd. Zoals Guus Middag schrijft in het NRC:

De verantwoording is theoretisch niet sterk, en de keuze is niet erg consequent, maar de praktijk verveelt geen moment. Er staan nette sonnetten van Petrarca naast fladderige flowerpower-liedjes van The Beatles. Afgezaagde klassiekers naast nieuwe vondsten uit de vreemdste uithoeken van Europa. Stijve vertalingen naast levendige verse vertalingen.

Ik heb deze dikke pil nog niet gelezen. Ik heb er alleen wat aan gesnuffeld, en heb dan ook niet veel toe te voegen aan Middags afgewogen oordeel. Twee dingen slechts.

Ten eerste dat er dus een hoop "levendige verse vertalingen" in staan. Onder meer deze vertaling van sonnet 75 van Edmund Spenser – bij mijn weten de eerste Nederlandse vertaling die ooit in druk is verschenen (al staan op deze homepage sinds 2007 wel twee vertalingen online):

Ik schreef haar naam een keertje in het zand,
Toen kwam de zee, die spoelde 'm er vandaan:
Ik schreef hem nogmaals in een andere stand,
Weer kwam het tij en veegde het strand aan.
Vereeuwig niet, zei zij, wat moet vergaan,
't is ijdelheid, verspil die moeite niet,
Want ik blijf zelf al evenmin bestaan,
Vergetelheid ligt voor ons in 't verschiet.
Welnee, zei ik, het lagere moet vergaan
Tot stof, mijn lief, maar jij wordt nog beroemd:
Mijn vers laat jou voor altijd voortbestaan
En in de hemel wordt je naam genoemd.
Hoewel op aarde alles eens moet sneven,
Leeft onze liefde voort en maakt zelfs leven.


Laat ik eens inventariseren. Als in het register geen andere publicatiebron wordt genoemd, neem ik aan dat de vertaling speciaal voor deze bloemlezing is gemaakt. Dan zie ik in de gauwigheid alleen al uit het Engels de volgende nieuwe vertalingen:

Van Robbert-Jan Henkes 'The Charge of the Light Brigade' van Tennyson, 'Auld Lang Syne' van Robert Burns, een fragment uit Samuel Butlers 'Hudibras' en 'Old Ironsides' van Oliver Wendell Holmes.

Van Erik Bindervoet William Blakes 'The Lamb' en 'The Tiger', en 'Mandalay' van Rudyard Kipling.

En van Bindervoet en Henkes samen 'The Raven' van Edgar Allan Poe en 'A Sea-Chantey' van Derek Walcott. (Kijk hieronder voor een bespreking van de vertaling van 'The Lamb'. De vertaling van 'The Tiger' staat hier online.) Plus een vertaling van A Whiter Shade of Pale van Procol Harum...

Van samensteller Gert Jan de Vries naast het hier geciteerde sonnet van Spenser ook nog 'I Know Why The Caged Bird Sings' van Maya Angelou, 'And the Moon and the Stars and the World' van Charles Bukowski, 'After Apple-Picking' van Robert Frost, 'The Passionate Shepherd to His Love' van Christopher Marlowe, 'Comment' van Dorothy Parker, 'Ancient Music' van Ezra Pound.

Van Rob Schouten 'Dreamsong 14' van John Berryman.

Van Ilja Leonard Pfeijffer 'In Westminster Abbey' van John Betjeman.

Van Tom van de Voorde 'The Emperor of Ice-Cream' van Wallace Stevens.

Van Rouke Broersma 'Digging' van Seamus Heaney.

Alleen al door die schat aan nieuwe vertalingen – deels van absolute klassiekers, zoals de gedichten van Tennyson, Poe en Blake, en deels van marginale figuren in de canon, zoals Oliver Wendell Holmes – is deze bundel de prijs van aanschaf meer dan waard. En dit zijn alleen nog maar de vertalingen vanuit het Engels. Ook vanuit de andere talen staan er ongetwijfeld een hoop nieuwe vertalingen in – deels door dezelfde vertalers.

Wat helaas ook meteen opvalt aan de bundel, is een zekere slordigheid in de tekstbezorging. Zo wordt Alfred Tennyson in de registers alfabetisch onder de A van Alfred gerangschikt. Dat is fout en verwarrend, want zijn naam wordt weliswaar vaak weergegeven als 'Alfred, Lord Tennyson', maar dat betekent toch echt niet dat Alfred zijn achternaam was.

Verder kwam ik al meteen vrij veel drukfouten tegen. In de tweede regel van het allereerste gedicht lijkt het al raak te zijn. In De Roy van Zuydewijns Illias-vertaling zou staan: 'de Trojanen luid roepend en schreeuwend als vogel'. Dat zal toch wel vogels moeten zijn?

Ook wemelt het op de eerste pagina's van de verkeerd geplaatste of vergeten aanhalingstekens, een ontbrekende hoofdletter, en ga zo maar door. En verderop in het boek kwam ik bij het derde of vierde gedicht dat ik opsloeg alwéér een duidelijke drukfout tegen. Dat maakt je onzeker over de betrouwbaarheid van de rest van de tekst. En je houdt je hart vast voor de dure meertalige editie, waarin ook de originelen zijn opgenomen, in ik weet niet hoeveel talen. Volgens Guus Middag moet die nog verschijnen. Hopelijk benut uitgeverij Meulenhoff de resterende tijd voor een extra proefleesronde.

Maar afgezien daarvan valt er niets te klagen: ik verheug me erop om in deze Dikke Bertha te gaan grasduinen.

500 gedichten die iedereen gelezen moet hebben, verzameld door Ilja Leonard Pfeijffer en Gert Jan de Vries, Meulenhoff, Amsterdam, 2008.

Amsterdam, november 2008


Deel 2


Nog een paar nagekomen gedachten, nu ik de bundel helemaal heb doorgenomen:

Bij verdere lezing bleek het met de drukfouten nog erger dan ik eerst dacht. Maar de uitgever belooft dat het in de luxe meertalige editie die volgend jaar verschijnt allemaal beter wordt.

Het heeft niet zoveel zin om de keuze van de gedichten te bekritiseren. Smaken verschillen en iedereen zal altijd wel wát aan te merken hebben. Van dichters die ik al ken, lijkt de keuze erg obligaat, zoals de overbekende sonnetten 18 en 116 van Shakespeare. Maar bij dichters die je niet kent is dat ook juist wat je wilt hebben: de klassiekers.

Het valt in ieder geval te prijzen dat ze ook grote namen hebben opgenomen die in Nederland minder gelezen worden. Zo zijn ze bijvoorbeeld niet voorbijgegaan aan Chaucer. Wel is het jammer dat ze hebben gekozen voor integrale opname van 'Het verhaal van de abdis'. Waarschijnlijk vooral vanwege de lengte: het is een van de allerkortste verhalen, en nog altijd zeven pagina's lang. Maar het is niet echt te genieten, omdat het zo rabiaat antisemitisch is. Een product van zijn tijd, allicht. Maar hoeveel lezers worden op deze manier verleid om ook eens in de rest van de Canterbury Tales te gaan grasduinen? Terwijl dat toch zeer de moeite waard is!

Ik had liever een fragment uit (bijvoorbeeld) de proloog van het verhaal van de vrouw uit Bath gezien. Te meer daar een van de opgenomen gedichten van Ted Hughes expliciet juist naar dát deel van de Canterbury Tales verwijst. Dat had weer een extra kruisverwijzing toegevoegd zoals de bundel er wel meer bevat. Want of de samenstellers het zo hebben uitgekiend of niet, het is opvallend hoe vaak gedichten met een vergelijkbare thematiek of een sterk verwante metafoor in elkaars buurt staan. Dat maakt het lezen en vergelijken weer een leuk spelletje.

Verder valt op dat de nadruk heel sterk ligt op moderne poëzie. Meer dan 40% van de bundel is gewijd aan poëzie van na 1900.

En tot slot nogmaals de nieuwe vertalingen: vooral die van Henkes en Bindervoet vind ik vaak schitterend. Hun vertaling van Poe's 'The Raven' klinkt als een klok. En ook Bindervoets solovertaling van Blake's 'The Lamb' vind ik heel overtuigend.

Het origineel begint zo:

Little Lamb who made thee?
Dost thou know who made thee?
Gave thee life & bid thee feed,
By the stream & o'er the mead;

In de eveneens net verschenen bloemlezing Bestorm mijn hart van C.W. Schoneveld is dat zo vertaald:

Lammetje, wie schiep je?
Zeg me eens: wie schiep je?
Leven gaf, je grazen liet
In het veld en langs de vliet?

Niet veel mis mee, al maakt het ontbrekende onderwerp in de derde regel de zin lastig te lezen. Vergelijk dat met wat Bindervoet ervan maakt:

Lammetje, wie schiep je?
Weet je wie je schiep, je
't Leven schonk & grazen liet
In de wei & bij de vliet;

De variatie in rijmwoorden is nihil, het gedicht dringt deze rijmparen blijkbaar op. Maar wat een verschil binnen zoveel overeenkomst: het klankeffect van Bindervoets regel 2 vind ik verrukkelijk. Sommigen zullen het misschien overdreven vinden, maar ik vind het onweerstaanbaar. En dat gedurfde enjambement maakt het haast bedwelmend. Niet gerechtvaardigd door de brontekst, als je heel schools bent – maar wat dondert dat, als het zo fraai (zeg maar gerust lekker) klinkt?

En zo is er nog meer in de bundel te vinden. Chapeau.

Amsterdam, december 2008

Naschrift

Inmiddels is de meertalige editie uitgekomen, in een gebonden uitvoering onder de titel De canon van de Europese poëzie, en met de toevoeging (heel lovenswaardig) van een register op vertalersnaam. Ik heb het niet uitgebreid bestudeerd, maar het ziet er veel beter verzorgd uit en is erg mooi uitgegeven. De feestdagen zijn voorbij, maar het blijft een mooi cadeau.

500 gedichten die iedereen gelezen moet hebben, Ilja Leonard Pfeijffer & Gert Jan de Vries (red.), Meulenhoff, Amsterdam, 2008.
De canon van de Europese poëzie, Ilja Leonard Pfeijffer & Gert Jan de Vries (red.), Meulenhoff, Amsterdam, 2009.



omslag 500 gedichten


Boeken:
Willem van Maanen
Roths 'Late Years'
Roths Exit Ghost
500 Gedichten...
Bestorm mijn hart
Komrij
Thomése en Wevers

Shakespeare:
De mooiste van...
Guido de Bruyn
Kunst van de liefde

Films:
César et Rosalie


Oude berichten
op Usenet