Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

Chandos-portret van Shakespeare

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy


Nee, ik laat me niet verleiden
Om het vraagstuk aan te snijden
Wie de beste aller tijden
Is op literair terrein

Laat de meest geleerde heren
Op dat punt elaboreren
En je hoort geheid beweren
Dat dat Shakespeare wel moet zijn

Grass, Camus, Cervantes, Goethe
Márquez, Mulisch en een meute
Russen blijken de pineut: de
Engelsman is je-van-het

En wie desgevraagd ook oordeelt
Welke Shakespeare-tekst bijvoorbeeld
Echt het allermeest het oor streelt
Zegt: Zijn achttiende sonnet

Volgens talloze betogen
Springen tranen in de ogen
Bij het zien van zo’n bevlogen
Vorm van virtuositeit

En verraadt ‘Shall I compare thee
To a summer’s day’ een flair die
Mensen als Giuseppe Verdi
Tot juweeltjes heeft verleid

En dan denk ik weleens: is dat
Geschiedkundig wel zo fris wat
Men daar zegt of meer een misvat-
Ting, een dwaling van de geest?

Is het denkbaar dat juist dát werk
Een geslaagde vorm van jatwerk
Van het onbekende kladwerk
Van een ánder is geweest?

Als ik nou eens voor de grap ’n
Keer in duidelijke stappen
Een gedegen wetenschappe-
Lijk betoog zal laten zien

Dan bekijken mensen binnen-
Kort de meest bekende zinnen
Van de grote meester in ’n
Ander perspectief misschien

Wie punt één de naam van deze
Vaak de hemel in geprezen
Britse schrijver goed wil lezen
Valt het een en ander op

En vat als een ware wachter
Van het woord steeds weldoordachter
Respectievelijk diens achter-
Naam en voornaam bij de kop

Shakespeare dat omvat drie woorden:
Shake is schudden, eare lijkt oor, de
Afkorting sp staat voor de
Socialistische Partij

En als echte socialisten
Met elkaar gaan redetwisten
Klinkt nooit ‘u’, maar zeer beslist ’n
Overvloed aan ‘je’ en ‘jij’

Wie vervolgens de gebleken
Resultaten heeft bekeken
En ze door elkaar gaat shaken
Weet waarom het is te doen

Die persoon zal als het ware
Met verbijstering ervaren
Dat je oren klip en klaar ’n
Anagram is van Jeroen

Dat is één. Nu zal ten tweede
Shakespeare’s voornaam met een reden
Uit drie klinkers en vier mede-
Klinkers blijken te bestaan

Wat zo op het eerste oog ’n
Beetje uit de duim gezogen
Lijkt, maar voor numerologen
Op iets logisch schijnt te slaan

Neem de medeklinkers even
Die op één, drie, vier en zeven
Van het woord staan neergeschreven
En maak simpelweg een som

Eén maal drie is drie, dat trek je
Af van vier maal zeven. Check je
Antwoord. Vijfentwintig? Krek! Je
Draait dat hele zaakje om

Zorg daarna dat je van alle-
Drie de klinkers de getallen
(Twee, vijf, zes in dit geval) ’n
Keertje optelt, en afijn

Je zult snel een heel concrete
Tweeënvijftig dertien meten
Wat precies de noorderbreedte
Is van Alphen aan den Rijn

Goed. Tot zover de notering
En de rationalisering
Van een eerste bestudering
Van de naam van de auteur

En dan staat nu de surprise
Van een met veel expertise
Uitgevoerde analyse
Van de inhoud voor de deur

Laten wij eens even kijken
Wat wil Shakespeare nou bereiken
Door een vrouw te vergelijken
Met een soort van zomerdag

Als hij ook, zo blijkt al in de
Tweede regel, lijkt te vinden
Dat het beeld van zijn beminde
Nog wat hunkerender mag

Want meteen is door met vlotte
Wulpse woorden te ravotten
Zoals ‘darling’ en ‘too hot’ de
Sexy sfeer niet van de lucht

En verwijst ‘Thou art more lovely
And more temperate’ naar grof li-
Bidineus geneuzel of lie-
Ver: naar haar verboden vrucht

Nou, die vrucht zoekt Willy Schudspeer
Die de beeldspraak graag benut weer
In de zogenaamde kutsfeer:
‘Eye of heaven’, einde quote

En dat brandende verlangen
Noemt men in de wandelgangen:
Jantje zag eens pruimen hangen
O, als eieren zo groot

Kijk en dát is dus de oorzaak
Van de twijfel die ik doormaak
Rond de klakkeloze voorspraak
Van het oeuvre van die vent

Omdat zelfs het grootste kalf ’n
Aantal keer niet zomaar half ’n
Stuk Hiëronymus van Alphen
(Lees: Jeroen) in hem herkent

Geen bedrog was die verrader
Toentertijd zijn eer te na, d’r
Is hier, dacht hij, noch mijn vader
Noch de tuinman die het ziet

Maar ik wel! Ik denk dat je de
Boel herkennen kunt als knudde
En dat Shakey het wel schudden
Kan op literair gebied

Want ik zet ’m op z’n nummer
Met dit testimonium, er
Staat wel ‘Thy eternal summer
Shall not fade’, maar dat ten spijt

Demonstreren al mijn testen:
Roem vervaagt ten langen leste
Vraag: is Shakespeare echt de beste?
Antwoord: in de pruimentijd!


Uit: Frank van Pamelen, Dat lijkt warempel sandelhout, Nijgh & Van Ditmar, 2003. Overgenomen met toestemming van de auteur.


Kijk vooral ook op Youtube hoe Frank van Pamelen dit gedicht voordraagt. (In het filmpje vanaf ca. 2'50".)
Website Frank van Pamelen: klik hier.


Engelse tekst
   + nieuwe vertaling

oude spelling

Vertalingen sonnet 18:
A.S. Kok (1859)
Burgersdijk
Verwey
Moulijn-Haitsma Mulier
Decroos
Boutens
Jonk
De Roy van Zuydewijn
Van der Krogt
Sonneveld
Van Oyen
Bert Voeten
Hans Berghuis
Ywan von Dewall
Van Elden
Verstegen
De Roy van Zuydewijn
Paul Claes
Rien Vroegindeweij
Max Nord
Willem Muilenburg
Annelies Jorna
K. Schippers
Grandgagnage
C.W. Schoneveld
Bas Belleman
Willem Nijholt Academie

in Klingon
door Babelfish


Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44
Sonnet 45
Sonnet 46
Sonnet 47
Sonnet 48
Sonnet 49
Sonnet 50
Sonnet 51
Sonnet 52
Sonnet 53
Sonnet 54
Sonnet 55
Sonnet 56
Sonnet 57
Sonnet 58
Sonnet 59
Sonnet 60
Sonnet 61
Sonnet 62
Sonnet 63
Sonnet 64
Sonnet 65
Sonnet 66
Sonnet 67
Sonnet 68
Sonnet 69
Sonnet 70
Sonnet 71
Sonnet 72
Sonnet 73
Sonnet 74
Sonnet 75
Sonnet 76
Sonnet 77
Sonnet 78
Sonnet 79
Sonnet 80
Sonnet 81
Sonnet 82
Sonnet 83
Sonnet 84
Sonnet 85
Sonnet 86
Sonnet 87
Sonnet 88
Sonnet 89
Sonnet 90
Sonnet 91
Sonnet 92
Sonnet 93
Sonnet 94
Sonnet 95
Sonnet 96
Sonnet 97
Sonnet 98
Sonnet 99
Sonnet 100
Sonnet 101
Sonnet 102
Sonnet 103
Sonnet 104
Sonnet 105
Sonnet 106
Sonnet 107
Sonnet 108
Sonnet 109
Sonnet 110
Sonnet 111
Sonnet 112
Sonnet 113
Sonnet 114
Sonnet 115
Sonnet 116
Sonnet 117
Sonnet 118
Sonnet 119
Sonnet 120
Sonnet 121
Sonnet 122
Sonnet 123
Sonnet 124
Sonnet 125
Sonnet 126
Sonnet 127
Sonnet 128
Sonnet 129
Sonnet 130
Sonnet 131
Sonnet 132
Sonnet 133
Sonnet 134
Sonnet 135
Sonnet 136
Sonnet 137
Sonnet 138
Sonnet 139
Sonnet 140
Sonnet 141
Sonnet 142
Sonnet 143
Sonnet 144
Sonnet 145
Sonnet 146
Sonnet 147
Sonnet 148
Sonnet 149
Sonnet 150
Sonnet 151
Sonnet 152
Sonnet 153
Sonnet 154