Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

schilderij van Verwey

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy

30

Niet als de koopman, die zijn schatten heeft
In schepen, die op verre waatren zijn,
Of in de bocht van vreemde stranden: wijn
En specerij, wier geur het want doorzweeft:

Hij spelt het nieuwsblad, let op seinen, beeft
Voor weer en wind, is bang bij iedren schijn
Van slechten oogst en leeft in staêge pijn
Of hij wel ooit zijn grote winst beleeft: –

Niet zó ben ik rijk; want mijn schat ligt stil
In veilge haven, waar ik ze elken dag
Geniet en zonder vrees mijn rijkdom weet; –

Vol trots van ’t rijk-zijn, wetend dat geen wil
Van wind of zee mij deert of deren mag,
Die rijk ben zonder angst voor ’t arme leed.


Uit: Oorspronkelijk dichtwerk, eerste deel, 1882-1914, Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1938.






Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44

'Mephistopheles Epicureus'