Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

schilderij van Verwey

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy

39

Als een gelovig man, – maar slecht ter taal,
Al spreekt hij soms van dingen goed en schoon, –
Zodra hij spreekt van zijn geloof, door toon
En blik wél-sprekend wordt in ’t vroom verhaal;

En vol devotie zoekt naar pronk noch praal
Van woord of beeld of onoprecht betoon
Van eigen deugd, gelovende in dit loon,
Dat God hem hoort en zorgt dat hij niet faal’; –

Zo spreek ik ook van u en zeg altijd
Uw deugden, want daarin is àl mijn eer,
En ’k ben wèl-sprekend, daar ik van ú spreek.

Laat mij dan in mijn schoon geloof en lijd
Dat ik met zang op zang dit boek vermeer’:
Het is uw werk, schoon ’t ú zelfs ’t mijne leek.


Uit: Oorspronkelijk dichtwerk, eerste deel, 1882-1914, Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1938.



Aantekeningen:

Vergelijk sonnet 85: And like unlettered clarke still crie Amen,/To every Himne that able spirit affords. En ook sonnet 105.



Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44

'Mephistopheles Epicureus'