Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

schilderij van Verwey

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy

14

Als voor mijn oog mijn dromen een voor een
Langs trokken als een lange karavaan
Vermoeide slaven, die de mulle baan
Gebukt aftreden, stom ten kimmen heen

De blikken richtend met een dof gesteen; –
En ’k dacht dan dat dus àlle dromen gaan,
Ook die nog komen, en me ontviel een traan,
Die heel mijn zijn-zelf te bewenen scheen: –

Dan troostte ’t mij dat ik niet arm kan zijn,
Zolang gij rijk zijt en ’k u in mij draag,
En andren zeggen kan: zie, dat is mijn!

Wat deert mij dan dat ik om dromen klaag,
Die werden wat zij zijn, een schone schijn, –
Daar gij mij rijk maakt zonder dat ik vraag.


Uit: Oorspronkelijk dichtwerk, eerste deel, 1882-1914, Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1938.



Aantekeningen:

Een van de eerste sonnetten in de reeks met een uitgebreide vergelijking die over meerdere strofen in realistisch detail wordt doorgevoerd. Het thema (trivialiserend samen te vatten als ‘in mijn grootste verdriet dacht ik aan jou en werd weer opgebeurd’, en ‘in jouw ligt mijn rijkdom’) is sterk verwant aan dat van sonnetten als Shakespeares 29.



Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44

'Mephistopheles Epicureus'