Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

schilderij van Verwey

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy

38

Hoe streeft mijn vers, zwaar met gezwollen zeil,
Diep door de golven van mijn breed geluk,
En buigt zo stout onder den blijden druk
Dier lading vol van rijk en roemrijk heil; –

De paden van mijn zang bruisen een wijl
Mij achterna en schuimen in de zon;
De hemel blauwt, ver aan den horizon
Bestijgt geen schip de waatren breed en steil.

Hoe dat ik thans alléen voor allen schijn
Machtig in zang en rijk in zoveel dicht,
Ik, die hiervóor zo arm was en zo leeg?

Immers alleen omdat ik u verkreeg;
Want thans werd zang om u mijn staêge plicht,
En u bezingen is groot dichter zijn.


Uit: Oorspronkelijk dichtwerk, eerste deel, 1882-1914, Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1938.



Aantekeningen:

Eerste regel: vergelijk sonnet 86.



Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44

'Mephistopheles Epicureus'