Franks homepage
Nieuw op de site
Contact
Zoeken
English

schilderij van Verwey

Shakespeare:
Voorwoord
Bibliografie
Tekstverantwoording
Vertalingen
Bewerkingen
A Lover's Complaint
De sonnetvorm
Shakespeare-links

Vertalers:
Burgersdijk
Albert Verwey
J. Decroos
Boutens
Moulijn-Haitsma Mulier
Hélène Swarth
Jan Campert
Hugo Claus


Tijdgenoten:
Edmund Spenser
John Donne


Statistieken/Privacy

27

Zoals een gierigaard zijn lieven schat
Altijd op nieuw gaat zien en heel ’t huis sluit,
En goud en zilver stelt hij voor zich uit
En feest zijn oog aan wat zijn kast bevat –

En woelt zijn hand in ’t goud en wordt niet zat
Zijn oren te doen smaken ’t rijk geluid
Van ronde munt of klaar-kristallen fluit
Of fulpen stof, als geen vorstin bezat:

Zo kom ik steeds in stilte naar uw huis,
En aan uw rijkdom gaat mijn oog te gast,
En ’k hoor uw woorden, vol van rijken geest.

En mijn gedachten maken een zoet feest
Van ’t zien van de uwe en worden staag verrast
Door teêren ernst en zoet geplaag kwansuis.


Uit: Oorspronkelijk dichtwerk, eerste deel, 1882-1914, Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1938.



Aantekeningen:

De vrek doet (net als die van 29, en de koopmannen van sonnet 41 en 44) onder andere denken aan sonnet 52 en 75.



Sonnet 1
Sonnet 2
Sonnet 3
Sonnet 4
Sonnet 5
Sonnet 6
Sonnet 7
Sonnet 8
Sonnet 9
Sonnet 10
Sonnet 11
Sonnet 12
Sonnet 13
Sonnet 14
Sonnet 15
Sonnet 16
Sonnet 17
Sonnet 18
Sonnet 19
Sonnet 20
Sonnet 21
Sonnet 22
Sonnet 23
Sonnet 24
Sonnet 25
Sonnet 26
Sonnet 27
Sonnet 28
Sonnet 29
Sonnet 30
Sonnet 31
Sonnet 32
Sonnet 33
Sonnet 34
Sonnet 35
Sonnet 36
Sonnet 37
Sonnet 38
Sonnet 39
Sonnet 40
Sonnet 41
Sonnet 42
Sonnet 43
Sonnet 44

'Mephistopheles Epicureus'